In dit artikel vertelt Herbert van de Voort, scheikundedocent op het Hyperion Lyceum in Amsterdam, over zijn afstandsonderwijs ten tijde van corona. Hoe pakt hij het aan, hoe gaat het, en wat vinden hij en zijn leerlingen ervan?
“Op de eerste dag van sluiting zijn we met een klein groepje (vijf personen) bij elkaar gekomen om voor de hele school uit te zoeken hoe we het afstandsonderwijs moesten aanpakken. Op de tweede sluitingsdag hebben we een aantal workshops verzorgd voor collega’s met uitleg over bijvoorbeeld Google Meet. Ter ondersteuning hebben we ook een Classroom aangemaakt met allerlei handleidingen, tips en trucs over afstandsonderwijs. Er is ook een virtuele personeelskamer (in Meet) waarin we elke dag tijdens de grote pauze beschikbaar zijn voor vragen.

Tekentablet waarmee Herbert op het digitale bord schrijft/tekent
Het uitgangspunt voor het afstandsonderwijs was om met zo min mogelijk aanpassingen zo veel mogelijk structuur te blijven bieden. Het rooster is daarom leidend gebleven, en met alle docenten is afgesproken dat voor de leerlingen duidelijk moet zijn wat er van ze verwacht wordt. Leerlingen zien hun rooster nog steeds in Magister en docenten vermelden daar als huiswerk wat er die les gaat gebeuren (en wat natuurlijk eventueel huiswerk is). De links naar een eventuele Meet of materialen staan daar dan ook.
Het Hyperion Lyceum is een ‘bring your own device’ school, dus alle leerlingen hadden in principe al een laptop of iets vergelijkbaars. Verder werkten we al met Google Classroom. Daar is nu Google Meet bijgekomen. Leerlingen kunnen de benodigde materialen vinden in Classroom, waar ze ook eventuele opdrachten inleveren. Daar hebben ze ook een eigen digitaal schrift (Google Doc) waar ze in werken en dat ik kan inzien. Structuren tekenen kunnen ze via molview.org doen. Leerlingen die een gewoon schrift gebruiken, maken foto’s van hun werk en plakken die in hun digitale schrift.
Eigenlijk ging het vanaf het begin al meteen best goed. Omdat we bij alle vakken al met planners werkten en ook al veel digitaal deden, ging de omschakeling vrij soepel. Het was natuurlijk voor iedereen wel even wennen, mede omdat alles tegelijk moest. Al snel bleek, en dat geldt nu nog steeds, dat er goed opgelet moet worden dat de leerlingen niet overspoeld worden met opdrachten. Het tempo en de hoeveelheid blijven aandachtspunten.
Elke les is er een Meet waarbij we gezamenlijk starten. Net als bij een reguliere les probeer ik ze even persoonlijk te verwelkomen. Als huiswerk hebben ze meestal een uitlegfilmpje (van scheikundelessen of stapelopscheikunde) gekeken, dat ik dan aan het begin van zo’n les in context plaats en van verbanden en leerdoelen voorzie. Dit duurt maximaal een kwartier en daarna kunnen de leerlingen vragen stellen. De rest van de les kunnen ze zelfstandig werken aan de opdrachten (die in de planner staan).
Ze kiezen zelf of ze in de Meet blijven of weggaan; sommigen komen later die les terug als ze een vraag hebben. Het beantwoorden van vragen komt meestal neer op het samen maken van een aantal opdrachten. Hiervoor gebruik ik een digitaal bord dat de leerlingen kunnen zien. Als er geen vragen zijn, kan ik met de leerlingen meekijken in hun digitale schrift en zien wat ze aan het doen zijn. Via het digitale schrift houd ik in de gaten hoe het met hun werk staat en kan ik opmerkingen plaatsen. Het blijft wel lastig om goed zicht te blijven houden op de vorderingen van sommige leerlingen. Toetsen doe ik alleen formatief met ‘test jezelfs’ van de methode of zelfgemaakte toetsen via Google Forms of itslearning.
Ik vind het geven van afstandsonderwijs wel saai, omdat je het grootste deel van de dag achter de computer zit. Geef mij maar gewoon een plek waar we elkaar zien! Sommigen leerlingen vinden het wel relaxed, omdat ze nu hun werk eerder af hebben doordat ze minder afgeleid worden. Anderen vinden het juist lastiger om aan het werk te gaan. Maar bijna allemaal zijn ze het wel zat en willen ze weer naar school.
Tot slot zou ik andere docenten nog het volgende willen meegeven: Afstandsonderwijs is op veel onderdelen echt anders, maar laat je niet gek maken en blijf zo dicht mogelijk bij datgene dat je al deed of waar je je goed bij voelt. Neem de tijd om te kijken hoe je dit voor elkaar krijgt onder deze omstandigheden, en voel je niet verplicht om nu 101 nieuwe dingen te gaan proberen.”
Herbert is docent scheikunde, NLT, Wetenschap & Onderzoek en Science. Hij vindt het leuk om nieuwe dingen te maken en uit te proberen. Voordat hij achttien jaar geleden les ging geven, heeft hij onderzoek gedaan.
Lees ook:
Het afstandsonderwijs van scheikundedocent Harry Mons
Het afstandsonderwijs van scheikundedocent Paul Delcour
Het afstandsonderwijs van scheikundedocent August Roelofsen
Het afstandsonderwijs van scheikundedocent Koen van der Sluijs
Het afstandsonderwijs van scheikundedocent Roy Wiersma
Het afstandsonderwijs van natuurkundedocent Bert Haalboom
Het afstandsonderwijs van biologiedocent Yvonne Doorduyn
11-mei-2020