In drie bijeenkomsten heeft een groep biologiedocenten en TOA’s gewerkt aan het vormgeven van een practicumhandleiding die zo in te zetten is op eigen school. Dit heeft een variëteit aan handleidingen opgeleverd die de andere deelnemers ook kunnen gebruiken.
De eerste bijeenkomst werd afgetrapt met een snijpracticum van de zogenaamde ‘Schipholgans’. Buiten dat het snijpracticum op zichzelf al interessant is, hebben docenten van het St. Michael College uit Zaandam vertelt hoe zij dit practicum aanbieden binnen een groter project waarin de relatie tussen mens en milieu centraal staat.
Tijdens de tweede bijeenkomst gaf Nico van Straalen een lezing over anatomie in evolutionair perspectief, waar verschillende voorbeelden aan bod kwamen. De grootste anatomische verrassing was voor de meeste deelnemers ‘de urachus’. De urachus, een overblijfsel van de allantois van het amniotisch ei, is een verbinding tussen de blaas van de foetus en de navelstreng waarmee de urine wordt afgevoerd richting moeder. Bij een volwassen zoogdier is deze verbinding overbodig, de urachus sluit en degenereert. Plast een foetus dan wel in het vruchtwater? De ideeën hierover waren verdeeld. Iets wat wij weer kunnen doorgeven aan onze leerlingen!
Tijdens de derde bijeenkomst zijn de zelf ontworpen practica uitgevoerd. Geclusterd per onderwerp werd er overlegd wat wel en niet interessant en leerzaam is voor leerlingen, om zo de puntjes op de i te zetten. Naast alle praktijk zijn er tijdens de bijeenkomsten ook waardevolle gesprekken gevoerd over het nut en de noodzaak van de anatomie practica.
Op naar de volgende cursus. Waar moet die over gaan? Neem contact met mij op als je ideeen hebt!